De Atlas is af, tijd om te reflecteren op het proces van afronden. Immers reflecteren is een belangrijke leermethode voor beelddenkers.Het was niet gemakkelijk om er een eind aan te breien. De vraag rijst dan ook bij het terugkijken: Wat heeft het zo moeilijk gemaakt om het boek af te ronden?
Eigenlijk speelde de hele tijd maar één vraag: Is het goed genoeg om gedrukt te worden? Dit lijkt een erg mathematische vraag, maar wat is eigenlijk ‘goed genoeg’?
Voor wie is het goed genoeg? Voor ons, de auteurs of voor de lezers?
Was het technisch goed genoeg? Was het wel goed doordacht? Konden we er mee tevoorschijn komen bij onze collega’s?
Heel veel vragen en zorgen waar je vooraf een inschatting van maakt. Je neemt een gok en je weet pas achteraf of het goed genoeg was. Om je inschatting beter te onderbouwen laat je mensen je manuscript lezen en vraagt hun reacties. Waarbij iedereen op zijn eigen vakgebied adviezen geeft, die niet zelden tegenstrijdig zijn. Welke ga je opvolgen en welke niet?
Genoeg vragen om onzeker te worden en het drukken en uitgeven ( het aan de wereld laten zien) maar uit te stellen of misschien zelfs helemaal af te stellen. Het is een moeizaam proces van denken en voelen, bij jezelf blijven en vooral genoeg drive hebben om het daadwerkelijk te willen uitgeven.
Je maakt je gedachten zichtbaar, je geeft iets van jezelf bloot aan de commentaren van anderen.
Een boek uitgeven is je zichtbaar opstellen en wat ben je dan blij als het goed wordt ontvangen.
Geef een reactie